Het is koud voor de tijd van het jaar in Boekarest. De hemel is grijs dichtgetrokken en er staat een gure wind. Het lijkt daarmee bijna niemand in de stad nog te kunnen ontgaan: Roemenië verkeert in crisis. En voor wie niet in de meteorologische tekens gelooft, zijn er de vele tegen de regering gerichte demonstraties. In steeds hoger tempo volgen ze elkaar op. Dinsdag gingen duizenden leraren de straat op en ook voor vandaag hebben vakbonden massale protesten aangekondigd.
De Roemenen zijn vooral woedend over de dit voorjaar doorgevoerde salariskorting in de publieke sector met 25 procent. En dat is slechts de korting op papier. Omdat ook allerlei bonussen en vergoedingen zijn geschrapt, gaan mensen er soms eenderde in inkomen op achteruit. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank en de Europese Unie verschaften Roemenië vorig jaar een krediet van 20 miljard euro omde door de crisis zwaar getroffen economie nieuw leven in te blazen.
Om aan de voorwaarden voor die lening te voldoen moet de centrumrechtse regering van Emil Boc stevig bezuinigen. Dit jaar verloren al meer dan 15.000 ambtenaren hun baan, terwijl de rest dus moet inleveren. Ironisch genoeg noemde het IMF juist die salarismaatregelen de verkeerde weg.
"Het is niet eerlijk dat wij nu voor de leningen opdraaien'', verwoordt Ingrid Budu het sentiment van velen. De jonge lerares Engels is voor het protest van dinsdag uit de noordelijke provinciestad Suceava naar Boekarest gekomen, een tocht van bijna 500 kilometer. Sinds de korting verdient ze nog maar 150 euro in de maand. Veel te weinig om rond te komen. Net als veel van haar collega's klust Budu bij in de avonden en weekeinden. "Elke maand kies ik: betaal ik het gas, koop ik eten of iets anders. Ik heb collega's die geen tanden in hun mond hebben, omdat ze geen geld voor de tandarts hebben.''
Als de situatie niet verbetert, overweegt Budu naar het buitenland te gaan. Collega's gingen haar al voor. Volgens de onderwijsbonden zijn de afgelopen maanden zo'n tweeduizend leraren vertrokken. Ook artsen en verplegers verlaten Roemenië in groten getale. De gezondheidszorg is een andere sector waar de bezuinigingsmaatregelen hard worden gevoeld. En doordat medisch specialisten zich vermoedelijk nu deels onderhands laten betalen, neemt ook de 'grijze economie' toe, zo waarschuwen analisten.
Het harde beleid van Boc lijkt het land meer kwaad dan goed te doen. De regering, die steunt op een kleine meerderheid in het parlement, komt ondertussen steeds meer in het nauw. Volgens peilingen staat nog slechts 13 procent van de Roemenen achter Boc. De oppositionele sociaal-democratische partij (op 40 procent in de peilingen) kondigde deze week aan voor het eind van de maand met een motie van wantrouwen te komen en een crisisregering te willen vormen. De motie zou kunnen rekenen op een meerderheid in het parlement. Ook binnen Boc's eigen partij gaan stemmen op dat hij moet aftreden. De premier zelf doet ondertussen alle kritiek af als populisme en wil vasthouden aan zijn bezuinigingsbeleid. "Deze regering wil niet met ons praten'', zegt leraar Alexandru Nicolae.
Of de regering die houding kan volhouden is de vraag. "De winter komt eraan. De rekeningen gaan omhoog, de salarissen gaan alleen maar omlaag. De sociale onrust zal verder toenemen.'' Omhem heen zetten leraren het volkslied in. Onheilspellend zingen ze: "Ontwaak Roemeen, uit die dodelijke sluimer.''
Roemeense ministers kiezen eieren voor hun geld