De chaos in de Bulgaarse politiek is compleet. Nadat maandag al minister van financiën Simeon Djankov was opgestapt, kondigde gisterochtend vroeg premier Bojko Borisov in het parlement aan dat hij diezelfde dag het ontslag van zijn voltallige regering zou indienen.
De mededeling sloeg in als een bom, niet in de laatste plaats bij de opgetrommelde en merendeels onwetende ministers. Ondertussen blijven Bulgaren massaal de straat op gaan.
Al een week lang zijn er in het hele land demonstraties. Aanvankelijk waren de protesten gericht tegen de volgens veel mensen veel te hoge elektriciteitsrekeningen, maar al snel eisten de demonstranten ook het aftreden van de regering. In Sofia braken dinsdagavond relletjes uit, toen hooligans zich tegen de politie keerden. Er vielen veertien gewonden, onder wie vreedzame demonstranten.
"Als het volk wil dat de straat op deze manier het land regeert, dan moet dat maar", aldus Borisov gisteren in het parlement. Hij zei geen premier te willen zijn van een land waar de politie burgers in elkaar slaat en dat hij een nieuw mandaat van de kiezers wil. Het was een duidelijke referentie aan de massale en dagenlange demonstraties van 2009, die de toenmalige regering met grof geweld de kop liet indrukken.
De hele gang van zaken is een toonbeeld van de impulsieve en populistische stijl van Borisov. In de ruim drie jaar dat hij met zijn conservatieve Gerb-partij regeerde, heeft hij herhaaldelijk beslissingen teruggedraaid zodra belangengroepen of burgers zich roerden. Wetten werden soms al veranderd op dezelfde dag dat ze door het parlement waren aangenomen. Dit gebeurde meestal na persoonlijke interventie van Borisov, die ook nooit te beroerd was om wetten te laten veranderen ten gunste van machtige ondernemers. Volgens ingewijden leidde hij zijn ministerraad als een kleuterklas en tekenden bewindslieden bij hun aantreden alvast hun ontslagbrief.
Met opstappen hoopt Borisov vermoedelijk electoraal garen te spinnen. Voor juli staan parlementsverkiezingen gepland. Als het niet lukt een nieuwe regering te vormen die tot dan de rit uitzit, komt er een zakenkabinet dat vervroegde verkiezingen moet voorbereiden. Borisov heeft al laten weten dat zijn partij aan geen enkel kabinet zal deelnemen.
Gerb leidt op dit moment in de peilingen, maar verliest snel terrein. De successen van de regering zijn op één hand te tellen: strikt financieel beleid en een klein overheidstekort, nieuwe wegen, een metrolijn en een stadion. De gewone mensen zijn er echter nauwelijks op vooruit gegaan. Volgens Borisov is dat de schuld van zijn voorgangers, die het land met een lege staatskas hebben achtergelaten. Dat het lot van de gemiddelde Bulgaar ook in de komende maanden niet zal verbeteren, kan hij nu wijten aan zijn opvolgers. De Bulgaarse kiezers zijn kort van memorie en stemmen altijd tegen de zittende macht.
Daarmee speelt Borisov wel hoog spel, stellen verschillende commentatoren. Door niet aan een overgangsregering of zakenkabinet deel te nemen, verliest hij de controle over het machtige ministerie van binnenlandse zaken, dat de stembusgang voorbereid. De verkiezingen kunnen daardoor wel eens eerlijker verlopen dan de bedoeling was.
Bij de lokale verkiezingen van vorig jaar is op grote schaal gefraudeerd, vooral ten faveure van Gerb. Oppositiepartijen en burgerrechtenorganisaties waarschuwen al langer dat de partij zich op zou maken ook de parlementsverkiezingen te stelen. Zonder de beschikking over het ministerie van binnenlandse zaken zal dat een stuk moeilijker zijn.
Vandaag beslist het parlement over het ontslag van de regering. De stemming zal niet meer dan een formaliteit zijn. De partij van Borisov houdt 117 van de 240 zetels en zal unaniem instemmen.